De voorwaarden
Onder bepaalde voorwaarden kan een KMO-vennootschap tot een bedrag van 100.000 euro winst aanspraak maken op een tarief van 20% in de vennootschapsbelasting.
Zo mag de vennootschap geen financiële vennootschap zijn. Een financiële vennootschap is een vennootschap waarvan de beleggingswaarde van de aandelen die ze bezit hoger is dan de helft van het gestorte kapitaal, de belaste reserves en de geboekte meerwaarden van de vennootschap, ruwweg het eigen vermogen van de vennootschap.
Aandelenparticipaties van 75% of meer worden hierbij niet in rekening gebracht. Te grote aandelenbeleggingen, ook beleggingen in fondsen kunnen het verlies van het KMO-tarief met zich meebrengen.
Dochtervennootschappen kunnen meestal niet genieten van dit KMO-tarief. De moedervennootschap (de holding) die aandeelhouder is van de dochtervennootschap kan dat vaak wel.
Of deze 50%-grens overschreden wordt, wordt bekeken aan het einde van het boekjaar. Er wordt gekeken naar de aanschafwaarde van de beleggingen t.o.v. het eigen vermogen van de vennootschap.
Een voorbeeld ter illustratie
De aandachtspunten
- Beslist u om een dividend of een liquidatiereserve uit te keren in 2023, dan zal dit tot gevolg hebben dat uw eigen vermogen 31/12/2022 daalt met dit bedrag. Stel dat de vennootschap een liquidatiereserve kan uitkeren in 2023 van 60.000 euro en op de algemene vergadering wordt hiertoe beslist, dan zal het eigen vermogen eind 2022 niet 450.000 euro maar 390.000 euro zijn. Het verlaagd tarief zou dan wel verloren kunnen gaan.
- Nadert u de 50% grens , kijk dan na of het mogelijk is om een eventuele herwaarderingsmeerwaarde te boeken op bv. een gebouw. Zo verhoogt u mogelijk de 50% grens van uw vennootschap.
- Of het al dan niet kunnen genieten van dit verlaagd tarief in de vennootschapsbelasting van belang is voor uw vennootschap, kunnen wij samen met u bekijken.