Inflatie is geen zuiver economisch fenomeen. Behalve een spel van vraag, aanbod, geldhoeveelheid en prijszetting heeft inflatie ook een psychologisch effect. Bevindt de economie zich in een rustig vaarwater, dan wordt er met geen woord gerept over de inflatiecijfers. De meeste mensen beseffen amper dat hun loonbrief wordt geïndexeerd. Stijgen de prijzen abnormaal, dan worden we plots een pak voorzichtiger en passen we onze uitgaven en investeringen aan. Dit zien we vandaag gebeuren. ‘Dat mensen prijsstijgingen opmerken, is een eerste teken van de psychologische dimensie van inflatie, ‘ zegt ook Werner De Bondt, professor gedragseconomie aan DePaul University in Chicago. ‘De lage inflatie van de afgelopen decennia werd niet opgemerkt, maar ze was er wel.’
Structurele overschattting van het toekomstige prijzenpeil
Inflatieperceptie en inflatieverwachtingen, daar draait de psychologie van inflatie rond. Prijsveranderingen die we in het dagelijkse leven ervaren, de overtuiging dat alles duurder wordt als we plots iets meer voor een brood moeten betalen én de berichtgeving via de media zijn drie grote bronnen die onze inflatieperceptie zouden voeden. Door de media-aandacht merk je de prijsstijgingen veel gemakkelijker op. En dit terwijl er ook goederen en diensten zijn waarvan de prijzen veel minder stijgen. Maar dat zien we dan niet meer. Ook berichtgeving over mogelijke tekorten wakkert de inflatieperceptie vaak onnodig aan. Berichten over schaarste leiden tot onnodige paniekaankopen. Schatten we inflatie soms erger in dan dat ze in werkelijkheid is? Klopt onze perceptie niet altijd? Steeds meer economen zijn overtuigd van wel.
Inflatieperceptie kan zich bijgevolg vertalen in verkeerde inflatieverwachtingen. We gaan ervan uit dat de hoge inflatie zich zonder twijfel zal blijven voortzetten. Ook recent onderzoek van de Europese Centrale Bank (ECB) bevestigt dat mensen het toekomstige prijzenpeil structureel overschatten.
Onrust en paniekgedrag
Net die combinatie van inflatieperceptie en inflatieverwachtingen lokt paniekgedrag uit. We verwachten nog hogere prijzen, dus slaan we maar beter een voorraad in. Of we zijn ervan overtuigd dat alles duurder geworden is, dus staan we zelf heel erg op de rem. ‘Consumenten baseren hun economisch gedrag eerder op wat ze voelen dan wat ze weten,’ zegt ook professor economie Bart Chiau (UGent). ‘Wie verwacht dat alles duurder wordt, zal uit schrik zijn consumptie terugschroeven. Ze worden voorzichtiger, wikken en wegen meer en gaan minder over tot kopen of investeren. Op die manier kan inflatie een negatief effect hebben op de economische groei.’
Wat doen we hiermee? ‘Probeer vooral de rust te bewaren,’ raadt Siegfried Dewitte, professor consumentengedrag aan de KU Leuven, aan. ‘Dit helpt om de verwachtingen en de perceptie niet uit de hand te laten lopen. Vooral omdat vanuit economische standpunt de inflatie niet uit de hand loopt. Want daarvoor zouden de lonen even sterk moeten stijgen als de prijzen en dat is echt nog niet het geval.’
Houd vast aan strategie en langetermijnvisie
Ook in ons beleggingsgedrag kunnen inflatieperceptie en inflatieverwachtingen leiden tot plotse verkopen of zelfs het stopzetten van beleggingsplannen. Want ook de volatiele economische vooruitzichten worden versterkt door emotie. Dat is niet nieuw. Het noorden even kwijt zijn omwille van dergelijke turbulente tijden, om dan te handelen in een vlaag van paniek en uiteindelijk toch de verkeerde keuze te maken.
Rust is het sleutelwoord. Vertrouwen op lange termijn, daar gaat het om. Moeilijk om in woelige tijden vast te houden aan uw gekozen strategie en langetermijnvisie. Maar een strategie dient net om die moeilijke momenten of onverwachte zaken op te vangen. Dat is ook zo als het gaat om uw beleggingsportefeuille. Gespreid beleggen biedt ook dan houvast. De gespreide portefeuille doorstaat de test van de tijd, ongeacht welke economische context. Dat heeft het verleden al meermaals bewezen. Ook tijdens deze crisis blijft het zonder twijfel de juiste keuze.’