‘De appel valt ook in de familie Lauwers niet ver van de boom. Mijn grootvader was beroepshalve al heel erg actief in de fiscaliteit. Hij gaf zijn fiscale liefde door aan mijn vader. En toen kwam ik. Na mijn rechtenstudies aan de Rijksuniversiteit Gent slaagde ik met grote onderscheiding in de eenmalige proef van de ‘Licence Spéciale en Droit fiscal’ aan de Université Libre de Bruxelles. Alle wegen leidden ook in mijn verhaal naar een toekomst in de fiscaliteit.
Mijn beweegreden om het fiscale vak in te gaan? Heel simpel: mensen helpen bij eventuele geschillen met de fiscale administratie om uiteindelijk samen tot een constructieve oplossing te komen. Vechten tegen onrecht, ook dat zit in ons bloed. Ik durf het zelfs een roeping te noemen. Het feit dat ik dat heel specifiek kan doen en dus met focus op fiscaal onrecht, maakt het voor mij alleen maar boeiender.
In 2003 richtte ik het kantoor Lauwers Fiscale advocaten op. We hebben intussen drie kantoren en werken met een team van 10 mensen. Stuk voor stuk gedreven medewerkers die een flinke dosis energie uitstralen. Diezelfde energie proberen we ook doorheen onze dossiers te laten voelen. En ik moet zeggen, het werpt steeds meer zijn vruchten af. Vandaar ook dat de ‘speciallekes’ vaak tot bij ons komen. Mensen die het even niet meer weten en met de handen in het haar zitten. Waar het bij anderen stopt, gaat het bij ons vaak verder. Daar staan we intussen bekend om.’
De vennootschap als hefboom
‘Als fiscaal advocaat ken ik de vennootschap en haar mogelijkheden door en door. Ook ik maak uiteraard gebruik van die mogelijkheden. De vennootschap is ook mijn motor voor mijn privévermogen.
Dit vertaalt zich dan concreet in het gebruik van vele wettelijke instrumenten zoals IPT, VAPZ, dividenduitkering en liquidatiereserves.
Als ik mijn situatie zou vergelijken met een fiscaal advocaat die in 2003 zijn kantoor zonder vennootschap begon, dan kom ik gegarandeerd tot de slotsom dat die persoon zich de voorbije jaren al blauw heeft betaald aan belastingen. Hij zou bijgevolg veel minder kunnen genieten van wat hij zakelijk heeft opgebouwd.
Ik heb ondertussen wel al kunnen genieten van hetgeen zakelijk werd opgebouwd. Zo kocht ik vastgoed aan via een dividendkrediet.’
Extra troeven van de vennootschap
‘Extra pensioenkapitaal opbouwen via de vennootschap, ook dat is mijn uiteindelijke doel. Als zelfstandig ondernemer is dit een must om ook later te kunnen blijven genieten van het leven. Maar de vennootschap heeft nog wel meer troeven. De transparantie en geloofwaardigheid naar derden toe bijvoorbeeld. Een vennootschap kan op dat vlak misverstanden voorkomen.
Dankzij een vennootschap wil ik ook jonge medewerkers door zien groeien om het kantoor op lange termijn levend te houden. De structuur van een vennootschap maakt dit een pak gemakkelijker. Er zijn zeker concrete plannen in die richting. De komende jaren wil ik collega’s de mogelijkheid bieden om vennoot te worden.
Fijn om mijn kennen en kunnen aan jong talent te kunnen doorgeven. Zo geef ik ook les aan de Hogeschool Gent, de Brugge Business School en de Solvay Business School. Ik schrijf ook boeken over en rond de specifieke fiscale materie. ‘Waar het hart van vol is, loopt de mond van over,’ zeggen ze toch. Een passie kunnen overbrengen op anderen, het blijft het mooiste dat er is. Dat is zeker zo als het om fiscaliteit gaat. Droge materie op het eerste gezicht, maar bij nader inzien zo boeiend en gevarieerd. Ik heb dan ook nog geen seconde spijt van mijn nichekeuze binnen de advocatuur.’