Wat heeft De Wever I voor u in petto?
Na 236 dagen onderhandelen is het zover: de regering De Wever I is een feit. Een lijvig regeerakkoord geeft inzicht in de plannen van onze nieuwe federale regering. Benieuwd naar de (fiscale) wijzigingen en impact hiervan voor ondernemers en vrije beroepen? Wij zetten de belangrijkste veranderingen op een rij!

1. De meerwaardebelasting als solidariteitsbijdrage
We beginnen met een heet hangijzer uit de recente regeringsonderhandelingen, namelijk de meerwaardebelasting op aandelen.
De onderhandelaars tikten af op de invoering van een dergelijke meerwaardebelasting, onder de vorm van een zogenaamde solidariteitsbijdrage van 10%. Let wel: Het gaat enkel om toekomstige gerealiseerde meerwaarden, dus enkel meerwaarden die worden opgebouwd vanaf de invoering van de maatregel.
Het regeerakkoord spreekt wel van meerwaarden van financiële vaste activa. Dit zou dus gelden voor meerwaarden op aandelen, obligaties, fondsen, trackers én crypto-activa.
Om kleine beleggers te ontzien wordt een voetvrijstelling tot 10.000 euro per jaar voorzien.
Natuurlijke personen-aandeelhouders met een zogenaamd ‘aanmerkelijk belang’ van minstens 20% in een vennootschap die hun aandelen willen verkopen, zullen de grootste impact van deze solidariteitsbijdrage voelen. Voor hen geldt een vrijstelling van 1 miljoen euro, maar voor grotere meerwaarden zullen de volgende tarieven gelden:
- 1,25% voor meerwaarden tussen de 1 miljoen en 2,5 miljoen euro
- 2,5% voor meerwaarden tussen de 2,5 miljoen en 5 miljoen euro
- 5% voor meerwaarden tussen de 5 en 10 miljoen euro
- 10% voor meerwaarden vanaf 10 miljoen euro
De minderwaarden zullen wel aftrekbaar zijn binnen hetzelfde aanslagjaar, zonder overdraagbaarheid.
2. DBI-aftrek wordt vrijstelling
Dividenden van of gerealiseerde meerwaarden op aandelen aangehouden door vennootschappen die rechtstreeks participeren in een dochter- of zustervennootschap kunnen onder bepaalde voorwaarden geneutraliseerd worden door de DBI-aftrek. Dit betekent dat ze dan afgetrokken worden van de belastbare winst in de vennootschapsbelasting. Éen van de voorwaarden luidt dat deze vennootschap minimaal een participatie van 10% of een tegenwaarde van 2,5 miljoen euro moet hebben in de onderliggende vennootschap.
Dit systeem zou omgevormd worden naar een DBI-vrijstelling (dus niet langer een aftrek, maar een verhoging van de begintoestand van de reserves) en de tegenwaarde zou opgetrokken worden naar 4 miljoen euro. Deze laatste verstrenging zou enkel gelden voor en tussen grote ondernemingen.
3. 5% heffing bij uitstap DBI-bevek
Het fiscaal gunstig regime voor beleggingen door rechtspersonen in zogenaamde DBI-beveks blijft grosso modo behouden.
Maar voor de uitstap bij een DBI-bevek wordt voorzien in een nieuwe heffing van 5% op de gerealiseerde meerwaarde. Daarnaast is de verrekening van de roerende voorheffing met de vennootschapsbelasting enkel nog mogelijk als de vennootschap die belegd heeft in de DBI-bevek in het jaar van ontvangst van de meerwaarde voldoet aan de minimumbezoldigingsvoorwaarde voor bedrijfsleiders.
4. Hogere minimumbezoldiging voor bedrijfsleiders
KMO vennootschappen kunnen op basis van enkele voorwaarden genieten van een verlaagde vennootschapsbelasting van 20% op de eerste schijf van 100.000 euro aan belaste winsten (i.e. KMO-tarief).
Éen van de voorwaarden luidt dat minimaal één bedrijfsleider een minimale bruto bezoldiging van 45.000 euro ontvangt. Deze minimumbezoldiging zal verhoogd worden tot 50.000 euro en wordt elk jaar geïndexeerd. Daarnaast zal deze minimale bezoldiging voor maximaal 20% mogen bestaan uit voordelen van alle aard (i.e. de voordelen in natura).
Naast het KMO-tarief zal deze minimale bedrijfsleidersbezoldiging dus ook belangrijk zijn in kader van beleggingen in DBI-beveks.
5. VVPR-bis en liquidatiereserve worden geharmoniseerd
Onder bepaalde voorwaarden en na het respecteren van een bepaalde wachttermijn kunnen aandeelhouders van KMO-vennootschappen genieten van een verlaagde roerende voorheffing op de uitgekeerde dividenden. Onder het VVPR-bis regime gaat het om 15% roerende voorheffing en onder de VVPR-ter (liquidatiereserve) kan men genieten van een belastingheffing van omgerekend 13,64%.
Er was even sprake dat deze regimes zouden verdwijnen of minder gunstig worden. Uiteindelijk werd geopteerd voor een harmonisatie van beide regimes.
De wachttermijn voor de liquidatiereserve wordt naar voorbeeld van het VVPR-bis regime verlaagd van vijf jaar naar drie jaar, terwijl de roerende voorheffing stijgt van 5% procent naar 6,5% waardoor de totale belastingheffing voor liquidatiereserves ook neerkomt op 15%. Hetzelfde dus als bij de VVPR-bis!
6. Uitdoving interestaftrek voor niet-eigen woning
Dankzij de federale interestaftrek kan men momenteel genieten van een belastingvermindering voor de niet-eigen woning. De interesten van kredieten of leningen die aangegaan zijn om onroerende goederen die niet de eigen woning zijn aan te kopen kunnen afgetrokken worden van het totale belastbaar onroerend inkomen.
Zonder enige uitleg bepaalt het regeerakkoord dat deze interestaftrek voor de niet-eigen woning geschrapt wordt. Vanaf wanneer en of dit nog zal gelden voor de bestaande kredieten heeft verdere verduidelijking nodig.
7. Hoger netto-inkomen voor wie werkt
Vanaf 2027 zullen de nettolonen van iedereen die werkt stijgen. De nettolonen zullen verder blijven stijgen doorheen de legislatuur. Dit gebeurt hoofdzakelijk door het verhogen van de belastingvrije som voor iedereen die werkt en het verlagen van de bijzondere bijdrage voor sociale zekerheid.
De nieuwe federale regering wil dat het verschil tussen werken en niet-werken op termijn minstens 500 euro bedraagt.
We houden u op de hoogte!
Dit waren enkele belangrijke wijzigingen uit het regeerakkoord. Verder bespreekt het regeerakkoord nog andere fiscale topics zoals een verhoging van de maaltijdcheques, het behoud van de effectentaks in de huidige vorm, overdraagbaarheid van de investeringsaftrek, de mogelijkheid tot degressieve afschrijvingen voor KMO’s enzovoort.
Wij volgen de actualiteit op de voet en houden u op de hoogte.
Stel uw vraag aan onze experten tijdens een van onze webinars
De fiscale experten van Bank Van Breda Advisory geven volgende week 2 webinars over het nieuwe regeerakkoord. Tijdens dit webinar kan u vragen stellen aan de experten.
Wanneer?
- Donderdag 13 februari van 12:00 tot 13:00
- Vrijdag 14 februari van 12:00 tot 13:00
Bank Van Breda Outlook 2025
In onze recente Outlook-enquête polsten we naar de verwachtingen voor 2025 van onze ondernemers en (niet-medische) vrije beroepen. Hoe vliegen zij dit jaar tegemoet?

Blog
De geest van Vesalius
Het bekendste medische boek aller tijden reist terug naar huis. Dit ontsnapt niet aan de aandacht van onze community Bank Van Breda The SQUARE.
Econoom Peter De Keyzer kijkt mee naar 2025
Hoe kijken ondernemers naar 2025? We bespreken de resultaten van ons onderzoek samen met econoom Peter De Keyzer. Een inspirerend gesprek!
Hoog bezoek bij Bank Van Breda The SQUARE
Het voorjaarsprogramma van Bank Van Breda The SQUARE is opnieuw veelbelovend. We nodigen heel wat klinkende namen uit die ook u ongetwijfeld zullen inspireren. Ontdek hier wie onze gasten zijn.